identiteitsontwikkeling

In dit artikel is Eveline Crone aan het woord. Deze dame is onder meer hoogleraar neurocognitieve ontwikkelingspsychologie aan de Universiteit van Leiden (Nl) en heeft een boek uitgegeven met de titel “Het puberende brein”.

Enerzijds is er het cliché dat pubers lastig, roekeloos en lui zijn; anderzijds blijkt eveneens dat diezelfde pubers creatiever en idealistischer zijn dan volwassenen. Beide zaken staan in direct verband met de ontwikkeling van de hersenen. Tussen 10 en 22 jaar veranderen kinderen naar jongvolwassenen, niet alleen uiterlijk maar ook innerlijk. Meer nog, ook binnenin de hersenen vindt er in die periode een groeispurt plaats. Ondertussen krijgen ook de hormonen vrij spel in het lichaam: acute stemmingswisselingen en een groeiende seksuele interesse zijn de gevolgen.

Leerlingen zullen het graag horen: volgens Crone zouden jongeren best pas om 9 uur met school beginnen. De hersenen zorgen ervoor dat de jeugd op een later tijdstip moe wordt maar dat ze wel nog steeds meer slaap nodig hebben dan volwassenen. Ook blijkt dat jongeren nood hebben aan autonomie, gestuwd door een frontale cortex die in de rijpingsfase zit. Idealiter zou zijn dat het onderwijs zowel monitort als bijstuurt en graag ook nog eens veel positieve feedback geeft aan de jongere. Stimulans en bevestiging werken tweemaal zo efficiënt als negatieve feedback. Jongeren kunnen dat laatste nog niet plaatsen.

Zoals iedereen weet, verkennen pubers graag hun grenzen, op het grenzeloze af… Een verklaring is te vinden in het emotionele brein. Het liefst worden diezelfde grenzen afgetast op korte termijn, met een beloning in het vooruitzicht. Het mooie hieraan is ook wel dat jongeren ook een groot hart hebben door zonder problemen iemand te helpen in nood of door op te komen voor hun vrienden. Belangrijk om weten is dat jongeren gevaren wel al kunnen inschatten maar er nog niet naar kunnen handelen. Iets verbieden werkt dan meestal ook contraproductief.

De geïnterviewde geeft ook nog mee dat jongeren veel inventiever zijn dan volwassenen. Ze zijn in staat dingen te ontdekken die wij als adultsniet kunnen. Jongeren kunnen nog een enorme gedrevenheid aan boord leggen. Ze zijn veel meer getriggerd om nieuwe paden te bewandelen en ergens naartoe te gaan waar anderen nog niet zijn geweest.

De link met de cursus komt heel goed terug in dit artikel. Je ziet dat het zelfbeeld en de zelfwaardering hier in voorkomen. Ook leid ik uit het artikel af dat het egocentrisme niet ver te zoeken is, maar dat het net zo typisch is aan het adolescent zijn. Crone benadrukt voorts dat de zoektocht naar een identiteit niet meer dan normaal is, en volgt hierin de lijn van Erikson en zijn theorie van de psychosociale ontwikkeling. Ze haalt ook de kernconflicten aan waar een adolescent onderhevig is, zowel wat biologische rijping, de verwachtingen van ouders en omgeving en de cognitieve ontwikkeling betreffen. Tot slot kan je in dit artikel ook voorbeelden vinden van de verschillende identiteitsstatussen (Marcia) die een “jongeling” doorloopt, met de nadruk op de identity diffusionstatus en de foreclosure-status.

Groeispurt Hersenen Knack